Verslag van bijeenkomst met wethouder Herrema

in 2007

Overleg bewoners/ondernemers Vijzelgracht met wethouder Herrema

Vergaderdatum:
19 november 2007

Aanwezig Bewoners/ondernemers:
mw. van Gelder, dhr. Monasso, dhr. van den Boogert, dhr. Roos, dhr. van Zwieten, dhr. van den Berg, dhr. Doeswijk, dhr. de Wilde, dhr. Harm, Mw. Boeve

Stadhuis:
dhr. Herrema (wethouder), Mw. Michels (assistent van wethouder)

Stadsdeel Amsterdam Centrum:
Dhr. Koldenhof (dagelijks bestuurder openbare ruimte e.v.), dhr. de Bruijn (medewerker), Mw. van der Ven (rayonmanager), Dhr. van Beeten (omgevingsmanager)

Projectbureau Noord/Zuidlijn:
Dhr. Groot (directie NZL), Dhr. Loermans (contractmanager Team Diepe Stations), Dhr. Detmar (Coördinator BLV), Dhr. Andriessen (voorzitter), Mw. Wanders (projectbegeleider en verslag)

Afgemeld:
Mw. Derksen, Mw. van Katwijk

Contactpersoon:
Floor Wanders

1.      Opening

De voorzitter, dhr. Andriessen, opent de vergadering, heet de aanwezigen welkom en stelt voor om de acht actiepunten die naar voren zijn gekomen tijdens de vorige bijeenkomst met de wethouder een voor een te behandelen.

Dhr. Monasso geeft aan het Raadsadres centraal wil stellen.Wethouder Herrema zegt dat dit dan van te voren geagendeerd had moeten worden.

Dhr. Andriessen geeft aan dat er twee maanden geleden een overleg is geweest in de keet bij de bouwput Ferdinand Bolstraat. Hieruit zijn acht actiepunten naar voren gekomen en die staan voor vandaag op de agenda.

Dhr. Koldenhof voegt toe dat volgens hem de punten die uit het raadsadres naar voren komen, worden gedekt door de actiepunten in de notitie.

Dhr. Monasso wil dan graag nog een vooropmerking maken want sommige zaken zoals ze in de notitie zijn geformuleerd schieten hem in het verkeerde keelgat. Hij vindt ook niet alles terug in  het raadsadres, zo wil hij graag een punt maken van de voorlichting. Hij vraagt zich af hoe het heeft kunnen zijn dat er zo’n verkeerde informatie is gegeven, terwijl de voorlichting door bewoners en ondernemers werd ervaren als een vorm van ondersteuning. Het maaiveld zou vrij zijn in 2007, wellicht iets langer vanwege vertragingen. Nu hebben de bewoners veel moeite moeten doen om informatie te verzamelen en zelf vast moeten stellen dat het nog zo’n vijf jaar langer duurt.

Wethouder Herrema bevestigd dat het langer gaat duren, daarvoor zijn een aantal oorzaken. Hij wil daarom ook nu graag in gesprek met bewoners, juist om te horen wat er allemaal leeft. Over de voorlichting wil hij best een en ander laten uitzoeken, maar stelt voor om nu de tijd en energie te stoppen in het bepalen hoe het vanaf nu beter kan. Een van de voorstellen die daarom ook in de notitie (punt 8) is opgenomen, is dat de BCU een onafhankelijk voorzitter krijgt die ook de actiepunten controleert. Hierdoor wordt de communicatie helderder en meer transparant. Het proces is beter te volgen.

Dhr. Monasso geeft aan dat dit een goed idee te vinden, maar dat de wethouder wel moet beseffen hoe de bewoners hier zitten. Murw en opgebrand.

Dhr. vd Boogert: de bewoners trekken de conclusie dat de instelling bij de Noord/Zuidlijn is “we gaan het doen zoals wij het willen doen” en dat niet wordt ingegaan op de wensen van de bewoners.

Wethouder Herrema zegt dat wat hem betreft wel degelijk aan de verzoek van de bewoners is tegemoet gekomen: er zijn onderzoeksrapporten ter beschikking gesteld, er is een afspraak geweest met dhr. Salet, er is gekeken hoe we de communicatie kunnen verbeteren en er is serieus gekeken naar andere mogelijkheden van of aanpassingen in het afgraven van de grond.

Dhr. Groot voegt toe dat in het BLVC-plan, beschikbaar bij de informatiemarkten, al in 2003 heeft gestaan dat er in de ontgravingsfase met 57 auto’s per dag gereden zou worden. In 2005 is nog gezegd dat we zouden ontgraven via de in- en uitgangen, terwijl daarvan is afgestapt en nu wordt ontgraven via drie gaten in het dak. Dit is niet goed gecommuniceerd. Vervolgens stelt dhr. Groot voor om terug te gaan naar de notitie en te kijken of overeenstemming bereikt kan worden. Indien overeenstemming bereikt wordt, stelt hij nu alvast voor dat de wethouder, de bewoners/ondernemers en het projectbureau 3 maanden na de start van het diepe ontgraven weer bijeen komen om te evalueren.

Dhr. Monasso geeft aan toch nog terug te willen naar de voorlichting, want is het ook niet het Stadsdeel gefopt over het ontgraven?

Dhr. Koldenhof zegt dat hij niet dat idee heeft.

Mevrouw vd Ven geeft aan dat er sinds een jaar gesprekken zijn met het Projectbureau over ontgraven en dat ook zij niet vindt dat het stadsdeel is gefopt.

Dhr. van Zwieten merkt nog op dat hij niet alle informatiemarkten is gegaan, juist omdat hij altijd naar alle BCU’s/BCVU’s ging. Dan mag je toch verwachten dat je daar van alles op de hoogte wordt gebracht.

Mw. van Gelder snapt niet dat er na het nieuws van de extra jaren werk op het projectbureau niet is gedacht ‘we gaan nu iets extra’s doen voor de bewoner’.

Wethouder Herrema wil graag zoeken met de bewoners naar wat wel werkt. Een onafhankelijke voorzitter van de BCU, alles goed verwoorden in de nieuwsbrieven.

Dhr. Andriessen stelt dat hiermee punt 8 is behandeld en stelt voor naar de rest van de notitie te kijken.

Mw. van Gelder geeft eerst nog aan dat in de notitie wordt gesproken over een aantal bewoners, maar zij vertegenwoordigen de Weteringbuurt met zo’n 900 bewoners en de Noorderbuurt met 600 à 700 bewoners. Ze spreken dus namens velen. 

Notitiepunt 1, ontgraven

Dhr. Detmar begint met uitleg over punt 1, het ontgraven. De notitie richt zich op de diepe ontgraving zoals die vanaf begin februari 2008 plaats gaat vinden, de eerste laag wordt traditioneel afgevoerd met happer en kiepauto.

Sinds juni 2007 zijn gesprekken geweest met een kleine groep bewoners over het ontgraven. De Noord/Zuidlijn heeft toegelicht dat een andere wijze of andere plek van laden en lossen de overlast doet toenemen terwijl de veiligheid afneemt. Het verkeer inclusief trams moet dan allemaal langs een zijde van het weteringcircuit. Er is aangegeven dat in de gekozen wijze van ontgraven ook rekening is gehouden met de belangen van bewoners. Het gaat dan met name om elektrische portaalkranen, containers die ondergronds gevuld worden (minder hijsbewegingen, schoner bouwterrein, minder geluid), een zodanige inrichting van het werkterrein dat de bouwbewegingen zo beperkt mogelijk worden gehouden. Er is ook verder gezocht naar een oplossing voor de ventilatoren en 2 van de 3 ventilatoren kunnen onderdaks worden geplaatst.

Dhr. van Zwieten merkt op de Volgermeerpolder dicht gaat om 1900 uur, dus dat er dan toch geen grond meer kan worden afgevoerd.

Dhr. Groot geeft aan dat er nog een aantal andere stortlocaties zijn waar tot 2200 uur grond gebracht kan worden.

Dhr. Detmar voegt toe dat er bij de keerlus nog een aantal verbeteringen worden uitgevoerd om doorstroming te verbeteren.

Dhr. van de Boogert zegt dat die verkeerslus een illusie is, dat lukt niet.

Dhr. Roos is het hiermee eens. De keerlus is onzin, het lukt niet want het kan niet. Er worden conclusies verbonden aan de test die niet kloppen met wat ze zelf waarnemen. Ook met de werktijden blijkt het in praktijk niet te werken: houd je gewoon aan de werktijden die ooit zijn afgesproken.

De wethouder zegt graag eerst het ontgraven te willen bespreken. De werktijden komen later aan bod.

Dhr. Doeswijk zegt dat over het ontgraven wordt gezegd dat het niet anders kan, maar wij wonen hier en dat is ook belangrijk. Dan duurt het maar langer.

Dhr. van de Boogert geeft aan dat hij verwacht dat met de keerlus de vertraging juist gaat toenemen. Vanwege het overige verkeer is het bouwterrein voor de vrachtwagens moeilijk te bereiken.

Mw. van Gelder heeft het idee dat er rond het bouwterrein andere wetten gelden. Het is toch al chaos, dus alles kan: Ik waarschuw jullie nu al: het gaat verkeerd, dus doe het niet.

Dhr. Monasso vraagt waarom het niet mogelijk is om vanaf de Munt aan te rijden.

Dhr. Detmar zegt dat het grote vrachtwagens zijn, maar dat ze de lus kunnen maken. Experts hebben dit uitgezocht. Het alternatief van dhr. Monasso betekent aanrijden via de Rozengracht, Singel en Munt, dwars door de stad dus. Hiervan is door het stadsdeel en de politie aangegeven dat dit onwenselijk is.

Dhr. van Beeten voegt nog toe dat de Munt in het verleden een black spot was. Daarom is de links-af beweging van de Amstel richting Vijzelstraat eraf gehaald. De keerlus functioneerde inderdaad niet optimaal tijdens de proefrit. Daarom worden, na overleg met het stadsdeel, de verkeerspolitie en verkeerskundigen de rijbaan, en de vluchtheuvels en de toegang naar het bouwterrein aangepast.

Dhr. Detmar voegt nog toe dat de doorstroming zal verbeteren als aan de zuidzijde de opstelstrook weer terugkomt en auto’s en trams daar dan elk hun eigen baan hebben.

Dhr. van Zwieten zegt dat de doorstroming juist in de trams zit.

Dhr. van Beeten zegt dat de extra trams die vanwege tramspoorwerkzaamheden op het Rembrandtplein over de Vijzelstraat/-gracht reden weer hun normale route rijden.

Dhr. Doeswijk blijft twijfels houden bij de keerlus. Waarom niet via het Weteringcircuit, daar zijn prachtige middelen voor.

Mw. van der Ven geeft aan dat het projectbureau en het stadsdeel echt hebben gekeken naar de beste wijze van werken. Het is niet optimaal, maar wel het beste dat momenteel mogelijk is.

Dhr. Monasso zegt dat de buurt mordicus tegen de huidige opzet is. Amsterdam stelt zich op als milieustad, dan is het toch paradoxaal dat het zo gaat. Er moeten andere mogelijkheden zijn, bijvoorbeeld een vrachttram.

De Wethouder geeft aan niet te zullen wijzigen in de wijze van ontgraven. De milieunormen gaan geleidelijk in vanaf 2008. Dus de hele stad krijgt geleidelijk schonere lucht, ook de Vijzelgracht. De Noord/Zuidlijn houdt zich aan de milieunormen. Het ontgraven gaat niet anders en er zijn geen andere routes. Hij wil geen mooie beloftes doen die later niet waar te maken zijn, dat is toch ten slotte een van de andere klachten van de buurt. Hij wil wel de vinger aan de pols houden, en regelmatig contact.

Dhr. Monasso geeft aan dat de buurt dan naar de rechter zal stappen om dit punt af te dwingen

De Wethouder zegt dat als dat de uitkomst is, dit hele gesprek geen zin heeft. Het voorstel dat er nu ligt is een totaalpakket, dus als de bewoners aangeven naar de rechter te zullen stappen heeft het bespreken van de rest geen zin.

Dhr. Monasso geeft aan toch graag te willen doorpraten.

Mw. van der Ven vraagt de bewoners welk alternatief volgens hen dan wel zou werken.

Dhr. Monasso stelt voor om met kleine vrachtwagens vanaf het Centraal Station te rijden.

Mw. van der Ven zegt dat hiervoor geen ruimte is op het Damrak en Rokin, en er is eenrichtingsverkeer.

Dhr. van der Boogert zegt dat een van de redenen voor het afblazen van afvoer via buizen was dat brokstukken grout de buizen zouden verstoppen. Maar dit wordt toch al vooraf gescheiden?

Dhr. Groot legt uit dat alleen de grote brokken grout eruit worden gehaald, en blijft dus altijd grout achter in de grond en dat geeft lawaai bij de afvoer. Daarnaast zijn er ook de boosterstations langs het traject die veel overlast zullen geven en dag en nacht aan moeten staan. Ten slotte moet ook de grond worden aangelengd met veel water, en je kan nergens terecht met dit waterige zand.

Dhr. de Wilde vraagt of het niet andersom kan, dus vanaf het Weteringcircuit en dan naar de Munt/Amstel.

Dhr. Detmar geeft aan dat ook hiervoor de verkeerssituatie moet worden omgegooid en dat dit tevens een verslechtering van de verkeersveiligheid betekent.

Dhr. Herrema geeft aan te willen testen of het lukt het overig vrachtverkeer te weren van de Vijzelgracht, dit moet er toch twee weken af vanwege werkzaamheden. Succes van de proef ligt grotendeels bij de handhaving. De politie moet goed op de hoogte zijn en extra BOA’s moeten worden ingehuurd.

Het volgende wordt afgesproken: de logistiek blijft zoals het is; het vrachtverkeer stad-uit gaat eraf en hierbij wordt veel nadruk op handhaving gelegd. Er wordt een proef gedaan medio januari als het verkeer er toch afmoet om te bekijken of het haalbaar is.

 

Punt 2, luchtkwaliteit

Dhr. Detmar introduceert punt 2: luchtkwaliteit. Volgens onderzoek van de dienst Infrastructuur, Verkeer en Vervoer (DIVV) rijden er in 2007 op de Vijzelgracht per etmaal 4900 voertuigen stad-in en 4900 stad-uit. Er is ook een modelberekening gemaakt wat de emissie van deze voertuigen op de Vijzelgracht is, dit is 217 gramPM10 (fijnstof) per dag. De N/Zlijn rijdt zoveel mogelijk met de nieuwste voertuigen die voldoen aan de euro 4 norm. Het gaat op een gemiddelde dag om 32 transporten (32 heen en 32 terug dus 64 extra t.o.v de 9.800 overig verkeer). Voor de berekening is uitgegaan van een drukke dag namelijk 47 transporten (40 grondtransporten en 7 andere transporten, totaal 94 bewegingen). De transporten voegen dan 2 gram fijnstof (PM10)  (minder dan 1 procent) per dag toe.

De GGD heeft aangegeven dat het opnemen in hun netwerk van een meetstation op de Vijzelgracht nu niet zinvol is, juist omdat er een afwijkende situatie is. Ze willen wel metingen verrichten, net zoals ze ook doen op de Ferdinand Bolstraat.

Mw. van Gelder vindt dat ze aan tafel moeten zitten. Zij heeft contact gehad met iemand van de GGD, Frits vd Berg, en hij wil wel komen.

De Wethouder geeft aan dat dit conform het voorstel is, hierin staat ook dat dat GGD uitgenodigd zal worden voor een BCU.

Conclusie: Er wordt voor een van de volgende BCU’s een medewerker van de GGD uitgenodigd.

 

Punt 3, de doorsteek

Dhr. Detmar legt de plannen met de doorsteek uit: een nieuwe VoetgangersOversteekPlaats (VOP) en betere zichtlijnen waardoor meer overzicht op de verkeerssituatie ontstaat.

Mw. van Gelder geeft aan dat de ouders van basisschool De Kleine Reus de doorsteek niet trekken, het is een enorm lastige situatie.

Dhr. Detmar stelt daarom voor om klaar-overs (verkeersregelaars) bij de doorsteek te zetten.

Mw. van Gelder geeft aan dat ook hier het psychologische aspect speelt: alles lijkt te mogen op de weg rondom de bouwplaats.

De Wethouder geeft aan dat de klaar-overs die er moeten komen, van het stevige soort moeten zijn.

Conclusie: er wordt een nieuwe oversteekplaats gerealiseerd met een zebrapad en betere zichtlijnen. Voor en na schooltijd staan ‘stevige’ klaar-overs klaar om de schoolkinderen te begeleiden.

 

Punt 4, werktijden

Dhr. Detmar legt het voorstel voor de werktijden uit. Er wordt van maandag t/m vrijdag 0700 tot 1900 gewoon gewerkt en grond vervoerd. Dan zijn er dus de vrachtwagens en de portaalkraan maakt de hijsbewegingen. Van 1900 tot 2200 uur wordt er niet vervoerd en alleen onderdaks, geluidsarm gewerkt. Op zaterdag wordt van 0900 tot 1700 gewerkt, maar zonder grondtransporten en onderdaks. Er zijn minimale hijsactiviteiten met de portaalkraan. Mocht er toch iets gehesen moeten worden zoals wapening, dan alleen bij het zuidelijke gat (voor de AFM). Bij eventuele uitloop heeft de aannemer met deze beperkingen geen mogelijkheid meer tot inlopen, daarom wil de Noord/Zuidlijn wel de mogelijkheid dat ze bij vertraging 15 zaterdagen of 30 avonden toch grond kan afvoeren. Hier geldt dan wel de beperking dat de grondcontainers alleen bij het zuidelijke gat naar boven mogen worden gehaald.

Dhr. vd Boogert geeft aan dat wat hem betreft 12 uur werken op een dag meer dan genoeg is, dus van 0700 tot 1900 uur. Dit is al een vier uur meer dan een gemiddelde werkdag.

Dhr. Monasso geeft aan dat met de voorstel het woongenot van de bewoners niet verbeterd. Het weekend is heilig, en ook alleen ondergronds werken betekent onrust. Zo zullen dan de ventilatoren moeten draaien.

De Wethouder merkt op dat het werk dan ook langer duurt.

Dhr. van Zwieten geeft aan dat niet uitmaakt. Het is veel belangrijker om af en toe momenten van rust te hebben. Werken geeft last. Iedereen heeft liever meer rust en dan maar een jaartje langer.

De Wethouder geeft aan dat een jaartje langer miljoenen kost.

Mw. van Gelder zegt dat haar kinderen nu 6 dagen per week geen rust hebben. Ze gaan slapen met lawaai en worden wakker met lawaai.

Dhr. Groot geeft aan dat in dit voorstel nu juist wordt geprobeerd de overlast zoveel mogelijk te beperken tot tussen de 0700 en 1900 uur. Na 1900 uur en op zaterdag is er alleen geluidsarm werk.

Mw. van Gelder geeft aan dat dat nu ook niet lukt. Dan brandt er ’s avonds weer een groot licht op de kinderslaapkamer dat kan dan niet uit volgens een van de mensen op de bouw. Vervolgens is er niemand van het toezicht die aangesproken kan worden.

Dhr. Groot zegt dat tijdens het werk er altijd iemand aanwezig moet zijn van toezicht. Mensen kunnen naar de keet komen en het probleem voorleggen.

Dhr. Loermans geeft aan dat licht nodig is, hierbij moet wel goed gericht worden zodat je het stralingslicht kan weghalen maar alle licht weghalen lukt niet. Vervolgens geeft dhr. Loermans nog aan dat hij het jammer vindt dat niet geaccepteerd wordt dat de Noord/Zuidlijn echt heeft geprobeerd om met het beste voorstel te komen. Er wordt wel degelijk rekening gehouden met de buurt, als voorbeeld noemt hij de ventilatoren. Er is bewust voor bijzonder sterke ventilatoren gekozen zodat ze op laag vermogen kunnen draaien. Sterke ventilatoren op laag vermogen geven veel minder dB en hetzelfde resultaat als minder sterke ventilatoren op vol vermogen.

Dhr. Monasso refereert aan de opmerking van de wethouder dat verlenging van het werk miljoenen gaat kosten.  Dat zal wel zo zijn, maar wie betaalt de uitloop van de Noord/Zuidlijn? Een miljoentje op twee voor leefbaarheid valt dan in het niet.

Wethouder Herrema komt terug op de vraag over de 30 avonden of 15 zaterdagen waarop indien noodzakelijk toch grond kan worden afgevoerd. Is er een voorkeur?

Dhr. Doeswijk geeft aan dat de buurt geen van beide wil.

Dhr. vd Boogert voegt toe dat door de buurt nog niks is vertraagd. Het duurt nu al jaren langer en we krijgen er alleen maar meer last van.

De Wethouder zegt dat de Noord/Zuidlijn het alleen kan aanbieden zoals het in de notitie staat en net is uitgelegd. Dit is al een inperking op het contract van de aannemer.

Dhr. van Zwieten geeft aan dat ooit is gezegd dat het overwerk tijdelijk zou zijn, nu wordt het continu.

Dhr. Groot zegt dat dit eerst drie maanden op proef zal zijn, en dat we dan weer bij elkaar komen om te evalueren met de wethouder.

De Wethouder herhaalt het aanbod.

Dhr. van Zwieten vraagt of er dan wel een nummer kan komen van toezicht zodat ’s avonds en zaterdag gebeld kan worden.

Dhr. Loermans zegt dat hij kan regelen dat er een ‘toezichtstelefoon’ komt.

Dhr. Roos: houdt je aan je afspraken, werk tot 1900 uur en geen minuut langer. En als jullie dat niet doen, dan doen wij het. Het is niet af te spreken, jullie hebben het niet in de hand. Respecteer de sfeer van de stad, de aannemer moet het maar oplossen. Haal die extra zaterdag en avonden eruit, wij moeten zeker weten dat het gaat lukken.

Dhr. Monasso denkt dat het de bewoners er niet van te overtuigen zijn dat het gaat lukken zoals het hier wordt voorgesteld.

Dhr. Herrema geeft aan dat de stations in de stad op het kritieke pad van de bouw van de Noord/Zuidlijn zitten. Vertraging hier betekent vertraging van de hele lijn, en dat kost miljoenen.

Dhr. Roos zegt dat als de omgeving hiermee instemt hij zeker weet dat de Noord/Zuidlijn in de toekomst weer op de stoep staat omdat er weer iets mis gaat waarvan de buurt de dupe wordt.

 

Punt 5, toezicht

Dhr. Detmar geeft aan dat de afgelopen periode het toezicht weer op volle sterkte is. De toezichttelefoon is nieuw, dit moet nog praktisch geregeld worden.

 

Punt 6, Schadebureau

Is onder juristen, hoeft hier niet verder besproken.

 

Punt 7, financiële vergoeding/geluid

De huidige vergoeding wordt gecontinueerd en geïndexeerd. Tijdens het ontgraven worden geluidsmetingen uitgevoerd, dit kan aanleiding zijn voor een verhoging. Mensen die een procedure hebben lopen via het schadebureau komen niet in aanmerking voor de financiële vergoeding, men kan geen aanspraak maken op twee vergoedingen voor hetzelfde werk.

 

De voorzitter concludeert dat er vanavond op een punt geen overeenstemming is bereikt: de werktijden.

Dhr. Monasso geeft aan dat ze met hun achterban zullen praten en vervolgens uitsluitsel geven of ze akkoord gaan of toch naar de rechter stappen. Daarnaast geeft hij nog aan dat dit allemaal veel tijd kost, en hij heeft begrepen dat mensen op het Rokin hiervoor een subsidie krijgen. Hierop wil hij ook graag aanspraak maken.

Dhr. Groot denkt dat dhr. Monasso waarschijnlijk de straatmanager van het Rokin/Kalverstraat bedoeld, dit is iemand die op een heel aantal gebieden de belangen van de winkeliers behartigd.

Dhr. Doeswijk zegt dat hij hier namens de winkeliersvereniging al mee bezig is.

De Wethouder geeft aan dat hij graag hoort waartoe de beraadslagingen van de buurt hebben geleid. Hij geeft hierbij wel aan dat het aanbod een totaalpakket is, dus als de buurt de voorgestelde werktijden afwijst dit een afwijzing van het hele voorstel is. Hij stelt voor dat het projectbureau en afgevaardigden van de buurt over week of twee bij elkaar komen om het antwoord te horen. Hiermee stemt de vergadering in. Daarna kan dan ook formeel het raadsadres worden beantwoord. Daarnaast vraagt hij de buurt om na de denken over wie mogelijk kan fungeren als onafhankelijk voorzitter van de BCU en met namen te komen.

Dhr. Monasso geeft aan het antwoord op het raadsadres via de raadscommissie te willen ontvangen.

De wethouder bevestigt dat het zo zal gaan, dat is namelijk de standaard procedure.

De voorzitter bedankt de aanwezigen en sluit de vergadering.